De rechtbank Limburg veroordeelde vandaag 3 mannen voor brandstichting in een bedrijfspand in Heerlen en een poging om brand te stichten in een woning in Kerkrade. De bedoeling in 2015 was om de verzekering voor bijna 2,5 miljoen euro op te lichten.

De 51-jarige eigenaar van de panden wordt gezien als de opdrachtgever en krijgt 8 jaar gevangenisstraf.

De 54-jarige man, die de brandstichting heeft uitgevoerd, is veroordeeld tot een celstraf van 7 jaar. Zijn 64-jarige zwager, die hem als medeplichtige naar de adressen in Heerlen en Kerkrade reed, krijgt een taakstraf van maximale duur (240 uur) en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden.

Op carnavalszondag 15 februari 2015 moest de brandweer ’s avonds twee maal in actie komen. Eerst werd een sterke gaslucht geroken bij een woning aan de Meuserstraat in Kerkrade. Onderzoek door de brandweer wees uit dat de gaskraan openstond, dat alle ramen en deuren dicht waren en dat de brievenbus was afgeplakt. Rond tien uur ’s avonds vond vervolgens een ontploffing plaats in een bedrijfspand aan de Passartweg in Heerlen. Dit gebouw brandde volledig af. Ook hier bleek dat er was gemanipuleerd met de gasleiding. Op beide locaties werden de bewoners in de directe omgeving voor hun veiligheid geëvacueerd.

De eigenaar van de panden heeft de brand niet zelf gesticht, maar wordt gezien als het brein erachter. Hij krijgt de zwaarste straf, omdat hij er niet voor terugschrok mensen in levensgevaar te brengen om er zelf financieel beter van te worden. Van tevoren liet hij de verzekering van beide panden controleren en waardevolle spullen weghalen en gaf hij zijn 54-jarige medeverdachte instructies over hoe hij de branden moest stichten. De straf is tevens opgelegd voor verboden vuurwapenbezit.

De advocaat van de 54-jarige man, die als uitvoerder wordt gezien, bracht naar voren dat zijn cliënt zó zwaar onder druk werd gezet door de eigenaar van de panden dat hij niet anders kon dan de branden stichten. Daarin gaat de rechtbank niet mee. Mede op basis van onderzoek door een psycholoog komt de rechtbank tot de conclusie dat deze verdachte weliswaar licht verminderd toerekeningsvatbaar is, maar wel in staat moet zijn geweest om weerstand te bieden aan zijn medeverdachte en niet in zijn plannen mee te gaan. Vanwege het enorme gevaar dat de verdachte heeft veroorzaakt, legt de rechtbank een hogere straf op dan de vier jaar die de officier van justitie had geëist. De gevangenisstraf is ook opgelegd voor verduistering van een lading parfum en cosmetica ter waarde van 300.000 euro.

De rechtbank komt bij de 64-jarige verdachte op een lagere straf uit dan de twee jaar gevangenisstraf die was geëist, omdat zijn rol alleen bestond uit het rijden van zijn zwager. Hij was niet uit op enig gewin voor zichzelf en de reclassering schat de kans laag in dat hij opnieuw in de fout gaat.