Bert Verberkt: elftalleider bij UOW ’02

‘Trainers komen, trainers gaan, maar ik ben de stabiele factor die blijft staan!’ is de lijfspreuk van onze gast van vandaag, Bert Verberkt. Ruim 15 jaar is hij elftalleider bij het eerste team van UOW ’02 en hij voelt zich ondanks zijn beperking volkomen geaccepteerd door, zoals hij zelf zegt, de ‘gewone mensen’. En trots op zijn vereniging, waar hij degene kan zijn die hij ook werkelijk is.

Hoe en waar is het begonnen met UOW ’02?

Bert kwam omstreeks 1992 terecht bij RKVV Waubach, dat later samen met RKVV Waubachse Boys samensmolt tot de huidige fusieclub UOW ’02. Zijn jongere broer Wouter begon toen bij de F-jes. Bert, 2 jaar ouder, mocht toen meetrainen en ging ook mee naar alle wedstrijden, waar hij na afloop altijd mee mocht doen met het ‘penalty schieten’. Op toernooien waar het allemaal niet zo officieel aan toeging mocht hij ook weleens een wedstrijd meespelen. Hilariteit alom als hij dan ook nog scoorde.
In 1996, Wouter speelde inmiddels bij de E1, kon Bert het niveau qua motoriek en tactiek niet meer bijbenen. Wim Logister, toen niet alleen trainer van dat elftal maar ook onderwijzer op de Speurneus, de school waarop Bert zat, heeft Bert toen ‘heel belangrijk gemaakt’ door hem als verzorger van dit elftal overal bij te betrekken. Integratie ten top!

Tijd nu om onze gast zelf aan het woord te laten: Wie is Bert Verberkt?

Ik ben 31 jaar, en ik heb een tijdlang zelfstandig gewoond bij Kwecoo, hier vlak bij de kerk. Maar nu woon ik weer thuis bij mijn ouders. Papa heet Erik, en mama Riet, en ik heb een broer die Wouter heet. En dat was het. Waarvan akte!

Op welke scholen heb je gezeten?

Wij krijgen een heel gevat antwoord van Bert. “OBS de Speurneus, met meester Wim Logister, juffrouw Marlou, Pascalle en Nienke. En op de Catharinaschool in Welten. En op mijn 18e ben ik gestopt.

En waarom?

Ik mocht via Sevagram vakantiewerk gaan doen. Dat moest ik eerst 1 dag proberen en dat ging goed, ook op de tweede en derde dag. Toen mocht ik stage gaan lopen. Dat vond ik zo leuk dat ik ben blijven werken bij Gasterie Plataan in Heerlen. Ik ben even overgeplaatst naar Tobias, maar daarna weer teruggegaan naar de Plataan. En ik sta ‘s morgens om 6.00 uur op omdat ik om 7.30 uur moet beginnen met werken, en ik ben om 16.00 uur klaar. En niet te vergeten: ik ben 12,5 jaar aan het werken!

Dat hebben jullie zekert gevierd?

Jazeker. Mijn 12,5-jarig jubileum. Iedereen was erbij: de teamleider, de dames van het restaurant, iedereen. En de teamleider hield een toespraak, en zei dat hij heel trots op mij was en dat ik een goed inzicht had.

Mooie woorden, en heb jij ook nog iets gezegd?

Ik heb al mijn collega’s bedankt voor hun hulp en hun ondersteuning. Want ik werk ook tussen de ‘gewone mensen’. En ik heb heel veel cadeaus gekregen.

En dan mag je op een gegeven moment bij het 1e elftal op de bank zitten…

Klopt. Toen was het nog VV Waubach, ik mocht toen van trainer Frans Nolten op de spelersbank erbij komen zitten. En ik heb deze plek nog steeds tot op de dag van vandaag. Maar er is ook een trainer geweest die mij liever niet op de bank zag zitten. En toen zijn de spelers en verzorgers in de bres gesprongen en hebben ze ervoor gezorgd dat ik mocht blijven zitten.

Wat moet je allemaal doen als elftalleider?

Ik ben elke training bij de club en help de verzorger, Roy Wassen, een fijne kerel. Op zondag vul ik de bidons, zorg ik voor het ijs, zet de pionnen op het veld voor de warming-up en vul de waterzak. En tijdens de wedstrijden ben ik verantwoordelijk voor de bidons. En ik heb mijn eigen bidons, die ik ook zelf schoonmaak. In de vaatwasser, meestal op vrijdagavond nadat de selectie getraind heeft. Op zondagmorgen ga ik ook naar wedstrijden kijken. Maar ik heb wel gezien dat ze bij het 2e elftal niet goed omgaan met de bidons, ze gooien ermee, en dat kan gevaarlijk zijn voor kinderen! Dat moet wel veranderen. Want op je werk gooi je toch ook niet met je spullen!
Als we dan op zondag klaar zijn met voetballen dan drink ik een glaasje fris met de spelers.

Je vader, jij en je broer, hebben die ook gevoetbald?

Mijn vader is keeper geweest, bij Kakertse Boys en nog bij een andere club waarvan ik de naam niet meer weet. En hij is voorzitter geweest bij UOW ’02. Mijn broer Wouter heeft gekeept op het 3e van UOW’02, maar doordat hij zijn pols brak is hij gaan voetballen. En ik heb even gevoetbald bij het G-team maar dat doe ik niet meer. Wel mag ik af en toe met het 1e mee trainen, maar dan heb ik de dag erna heel veel spierpijn. En ik heb wel op 13 mei mee gevoetbald met het mix–toernooi in het team van oud-spelers. Die voetballen niet meer, maar zijn wel veel in de kantine!

Jij hebt heel veel trainers meegemaakt, welke vind jij de leukste?

Frans Nolten, want van hem mocht ik op de bank komen zitten, en het is een hele leuke man, net zoals Guus Vrancken, en natuurlijk de trainer die er nu is, Wim Zagar.

Jij bent goed op de hoogte van wat er binnen UOW ’02 gebeurt, is Wim Zagar volgend seizoen ook trainer?

Ik zit iedere maand bij het overleg van de technische commissie (die bestaat uit Theo Caenen en Bert Wassen, beide heren zijn ook bij interview aanwezig, red.) Voor het overleg stuur ik een mail en tijdens de rondvraag stel ik weleens vragen. En ik vind die twee topgasten! Ook volgend seizoen is Wim Zagar nog onze trainer, ik vind hem goed.

Theo Caenen en Bert Wassen voegen hier een kleine anekdote aan toe. “Ieder seizoen wordt er iemand die iets betekend heeft voor UOW`02 in het zonnetje gezet, en Bert was ook een keer aan de beurt. We gingen daarom met ons drieën uit eten. Op weg naar het restaurant vroeg Bert aan ons: “Mag ik ook een voorgerecht, hoofdgerecht en een toetje?” Voor ons uiteraard geen probleem. Het was bepaald geen klein voorgerecht, wij volwassenen hadden hier al moeite mee. Wij bestelden daarom een niet te groot hoofdgerecht, maar daar dacht Bert anders over, hij bestelde het grootste. En daarna bij het toetje, je raadt het al, wij waren al redelijk gevuld maar Bert bestelde een enorme coupe. Wij hebben met grote ogen zitten kijken hoe hij dit allemaal verorberde, en daarnaast hebben we ook nog een geweldige avond gehad.

Bert is blij verrast als ook trainer Wim Zagar in de kamer aanschuift bij het interview, om mee te praten over Bert.

Wim Zagar: “Bert is een onmisbare schakel geworden, hij zorgt perfect voor de spelers, zit bij de wedstrijdbesprekingen, communiceert op een leuke wijze met de spelers, en weet de spelers ook te stimuleren. Alles is bij Bert op zondag tot in de puntjes verzorgd. Nee, Bert is bij ons niet meer weg te denken.
Bert luistert met een glimlach naar de woorden van zijn trainer, en vertelt nog dat de trainer hem na de training wel eens naar huis rijdt, hij komt er toch langs, zegt hij lachend.

Heb je ook nog andere hobby’s?

Ja, ik tafeltennis bij TTV Landgraaf waar ik in de reguliere competitie speel met ‘gewone mensen’. Twee avonden per week ga ik trainen, en ik help ook weleens mee bij het trainen van de jeugd. Normaal train ik van 19.30 tot 20.00 uur, maar als ik ga helpen ben ik er al om 18.00 uur. En ik mag ook meerijden met Frank Moonen, je weet wel, die van L1.

Kijk je ook naar betaald voetbal en wat is je favoriete club?

Ik ga weleens voetballen kijken bij ome Chris en tante Paula. En ome Chris is ook mijn kapper. En ik ben een heel klein beetje fan van Roda JC. En als mijn ouders een weekendje weg zijn, regel ik al zelf dat ik bij mijn oom Math en tante Petra mag logeren.

Heb je ook favoriete voetballers?

Alleen bij UOW`02. Onze keeper Jeroen Pijls, die gaat jammer genoeg stoppen maar wordt wel onze keepertrainer, dus ik blijf hem toch zien. En onze aanvoerder Tom Peters, die speelt in de achterhoede. Dat zijn mijn favorieten.

Op Facebook staat dat je ook accordeon speelt? Trouwens, je hebt veel vrienden op Facebook…

Ja, veel vrienden, lacht Bert. En ik heb mee mogen spelen bij orkest ‘Alpen Power’ op het familiefeest. Was ook heel leuk.

Als ook nog Roy Wassen wordt opgetrommeld om bij het interview aan te schuiven, neemt Bert direct het initiatief. Hij schuift dicht tegen Roy, de verzorger waar Bert de assistent van is, aan en begint met een indrukwekkend betoog. Over hoe dankbaar hij is dat hij de assistent van Roy mag zijn, en over de goede band die zij beiden hebben. Hij is trots dat Roy bij UOW ’02 actief is en dankt hem voor al het werk dat hij doet. En ook dankt hij hem voor het feit dat Roy hem zo geweldig begeleidt en dat zij zoveel dingen samen doen. En na zijn woorden bleef het even stil in de bestuurskamer!

Net zoals de trainer geeft ook Roy aan dat Bert bij ‘de inventaris’ behoort. Hij is onderdeel van het geheel dat UOW`02 heet. Ook vertelt hij dat Bert een enorme hulp voor hem is omdat Bert allerlei hand-en-spandiensten verricht en dus onmisbaar is bij UOW ’02. Waarop Bert glimmend concludeert: “Dan zijn wij samen blij.”

Jij bent natuurlijk ook een paar maal kampioen geworden of gepromoveerd, heb je toen flink gefeest?

Iedere keer als het team kampioen werd of promoveerde werd ik door de spelers onder de douche gezet. Maar dat vond ik niet erg, want ik had droge kleren bij me en ik deed mijn horloge af. En ik heb ook met de jongens gefeest.

Tot slot komen de ouders van Bert aan het woord.

“Wij hebben er altijd naar gestreefd om Bert te integreren in de buurt waar hij opgroeide. Bij UOW‘02 is dit voor Bert nog steeds een succes. Je kunt mét hem lachen, en ook wel eens om hem lachen. Hij is een volwaardig lid van de vereniging. Ook het feit dat Bert prins carnaval binnen de vereniging is geweest en hij UOW ’02 in de optocht vertegenwoordigde, is daar een mooi voorbeeld van. In zijn proclamatie was een van de punten: ‘Trainers komen, trainers gaan, maar ik ben de stabiele factor die blijft staan!’ ”

Bert Verberkt: Bert is trots op UOW ’02, zijn tweede thuis, en trots op zijn ouders waar hij heel veel van houdt. Bert is een kanjer!

Interview en tekst: Hein Smith