Het Openbaar Ministerie eiste afgelopen vrijdag in de rechtbank Limburg te Maastricht een gevangenisstraf van 25 jaar geëist tegen de drie mannen die verdacht worden van de moord op Sven Prins.

Drie mannen variërend in de leeftijd van 27 tot en met 39 jaar uit Brunssum worden er van verdacht op 25 september 2015 in Brunssum de destijds 30-jarige Sven Prins te hebben doodgeschoten en een ander persoon te hebben geraakt met munitie. Dit is ook aangemerkt als een poging tot moord. Tevens zijn andere strafbare feiten ten laste gelegd. Namelijk de verkoop van automatische wapens en een handgranaat aan een in dit onderzoek ingezette politie-infiltrant. Een van de mannen wordt naast de moord op Sven Prins ook verdacht van heling van politieshirts.

Het OM is van oordeel dat er met voorbedachten rade is gehandeld en dat er dus sprake is van moord. Er werden bijvoorbeeld ter voorbereiding op deze moord wapens en een gestolen auto aangeschaft. Het bleek een gerichte actie tegen Sven Prins. Bij de strafeis is tevens rekening gehouden met de ernst van het feit.

Ook weegt mee in de strafeis dat voorafgaand aan de moord op Sven Prins een wilde achtervolging heeft plaatsgevonden, op de openbare weg. Er was sprake van enorme gevaarzetting. Het slachtoffer werd in de voortuin van een huis met een machinegeweer doodgeschoten, waarbij een enorme hoeveelheid kogels zijn afgevuurd. De reeks schoten werd Sven Prins fataal. De moord had kenmerken van een liquidatie.

Op 7 december worden de pleidooien van de advocaten gehouden.

Naar verwachting zal het onderzoek officieel op 9 januari 2018 worden gesloten.

Op 23 januari 2018 wordt de uitspraak van de rechtbank Limburg verwacht.