Mijnarbeid komt tot leven in flamenco

Vanavond ging in het Cultuurhuis Heerlen de voorstelling (G)ruis over de planken. Deze dans- en muziekproductie is ook morgen 23 oktober nog te zien.

(G)ruis brengt in flamencomuziek en -dans op hedendaagse wijze het ruwe werk in de mijnen van Zuid-Limburg en Spanje tot leven. (G)ruis is een productie in het kader van 'Het Jaar van de Mijnen' (M2015), in een choreografie van SCHUNCK* dansdocente flamenco Selene Anneroza Driessen.

Flamenco en de mijnen hebben meer gemeen met elkaar dan op het eerste gezicht lijkt. Flamenco is ontstaan bij de arbeiders die tijdens het werk in de Spaanse mijnen zongen om het werk aangenamer te maken. De geluiden op de werkplek waren de basis voor de zang. In de smidse ontstond bijvoorbeeld tijdens het slaan op het aanbeeld de nu nog altijd gezongen en gedanste flamenco stijl Seguiriya. Het is een kunstvorm waarin niet zelden de pijn van het werk wordt bezongen, om deze daar mogelijk mee te verlichten.

Eind jaren ’50 van de vorige eeuw kwamen veel Spanjaarden naar Nederland en België om in de mijnen te werken. Dansend en zingend kwamen ze op het station Maastricht aan, niet wetend wat hen te wachten stond, diep onder de grond. Selene Anneroza Driessen vertelt in (G)ruis -in een combinatie van flamenco en moderne dans- het verhaal van de mijnen en het werk ondergronds.

Voorafgaand aan de voorstelling is om 19.00 uur een inleiding op en lezing over flamenco.

Van 1 tot en met 31 oktober 2015 is er in de theaterzaal van het Cultuurhuiser tevens doorlopend een foto-expositie van Jeroen Bogaert rondom (G)ruis te zien.

Op zondag 1 november zijn er in het kader van (G)ruis in de danszaal van SCHUNCK* twee workshops flamenco. Meer informatie vind u op www.schunck.nl .